Eerste oefening met MQ-9 en mariniers op Curaçao


Vrijwel geruisloos vertrekt een MQ-9 vanaf de Amerikaanse Forward Operating Location (FOL) naast luchthaven Hato op Curaçao. Kilometers verderop op een oefenterrein verschuilt zich een tiental mariniers. Zij moeten het ‘onzichtbare’ toestel, dat op grote hoogte vliegt, naar een specifiek doel leiden. Voor het eerst trainden deze ‘dirigenten van de luchtsteun’ vorige week samen met 306 Squadron en hun Reaper.

Caribbean Pirates, zo heet die oefening waarin de Joint Terminal Attack Controllers (JTAC) van het Korps Mariniers en 306 Squadron voor het eerst samenwerken. Kapitein der mariniers Rick, trainer close air support (CAS) bij het Marine Training Command:

‘We zijn hier niet super kinetisch bezig’

“Dat is al bijzonder, maar deze oefening is ook uniek omdat alle vijf de JTAC’ers van de Marine Combat Groups (MCG) bij elkaar zijn gekomen. Het is al met al een bijzonder nuttige week. We zijn hier niet super kinetisch bezig, maar vooral aan het aftasten wat we aan elkaar hebben. En dat is heel wat”, legt Rick uit.

De Object Grondverdediging (OGRV) van de luchtmacht zorgt voor de beveiliging op het Nederlandse deel van de FOL.

Vliegbewegingen

“Voor ons is het weer een stap verder in het operationele test- en evaluatieproces (OT&E) van 306 Squadron”, zegt kapitein Bram, site lead op de FOL. Een belangrijk deel van ‘zijn’ squadron, aangevuld met een bewakingsgroep van de Object Grondverdediging (OGRV) van de luchtmacht, is niet zomaar op Curaçao geplaatst. De weersomstandigheden zijn nu eenmaal beter dan in ons land. Komt nog eens bij dat het aantal vliegbewegingen van de burgerluchtvaart op het eiland ook in het niet vallen bij die boven Nederland.

Meteen na terugkeer wordt de MQ-9 bijgetankt op de FOL naast vliegveld Hato.

Cockpit

“Hier kunnen we de tests en evaluatie dus beter en sneller afronden”, zegt MQ-vlieger majoor ‘Weirdo’. Hij, met zevenduizend vlieguren op diverse toestellen, en sensor-operator sergeant-1 Timo hebben bewust gekozen voor de MQ-9. “Dit is net als écht vliegen. De uitdaging is minstens zo groot”, zegt Weirdo.

‘Het is gewoon je cockpit’

“Juist daarom is het belangrijk om je er constant bewust van te zijn van wat je aan het doen bent”, waarschuwt Timo. Vlieger en de sensoroperator opereren met de MQ-9 zij-aan-zij vanuit het Ground Control Station (GCS). “Dit is eigenlijk gewoon je cockpit”, omschrijft Weirdo. Het station kan trouwens zowel in een operatiegebied staan, zoals in een container op Hato, Curaçao. Of op grote afstand, zoals straks op thuisbasis Leeuwarden.

De Reaper

De termen ‘drone’, of Unmanned Aerial Vehicle, zijn voor de gebruikers van de Reaper een gruwel. De MQ-9 is weliswaar onbemand, maar de stuurknuppel moet wel degelijk in handen zijn van een ervaren vlieger; het is daardoor een Remotely Piloted Aircraft System (RPAS).

Het toestel heeft een radar en middelen voor satellietcommunicatie. De MQ-9 is dankzij besturing per satelliet wereldwijd te bedienen. Dankzij de satellietverbinding is het ook mogelijk dat beeldanalisten de data van de camera vrijwel direct zien. Zij kunnen op hun beurt deze beelden of andere inlichtingenproducten direct doorzetten naar militairen in het veld. Het toestel heeft onderaan de vleugels een aantal ophangpunten. Die zijn te gebruiken voor extra brandstoftanks of aanvullende observatie- of wapensystemen.

‘Een langer verblijf van de MQ-9 is zeer welkom’

Efficiënter

Commandant der Zeemacht in het Caribisch Gebied brigadegeneraal der mariniers Frank Boots is bijzonder in zijn schik met de komst en de capaciteiten van de Reaper. “De MQ-9 levert een waardevol aandeel in de luchtwaarneming en kan zo bijdragen aan het informatiegestuurd optreden in de Carib. Een langer verblijf van de MQ-9 zou wat mij betreft zeer welkom zijn.”

De passagiers van een toestel van American pakten de aankomst van de MQ-9 nog net mee.

Hangen

Ook de JTAC’ers van de mariniers zien grote voordelen voor de grondtroepen ten opzichte van de ‘gewone’ vliegtuigen of helikopters waarvan ze nu afhankelijk zijn. “Voor ons is het een ideaal platform voor close air support: de MQ-9 kan lang blijven hangen en heeft dus minder haast dan een gevechtsvliegtuig”, concludeert kapitein der mariniers Rick.

‘Een ideaal platform voor close air support’

“We voeren hier wel een gevechtsvliegtuig gesimuleerd op. De MQ-9 heeft immers nog geen bewapening. Daardoor konden wij toch de CAS-procedures trainen én de Reaper gebruiken, voor bijvoorbeeld het vinden van de vijand, het maken van accurate coördinaten en het zogenoemde ‘buddy lasen’  waarbij de MQ-9 zijn laser gebruikt om een bom van een ander toestel op doel te krijgen. Wat voor ons wennen is, is dat alle communicatie tijdens de oefening via de vlieger loopt. Op de grond hebben we snel en zoveel mogelijk informatie nodig. Die ligt met de MQ-9 bij de sensor-operator en de beeldanalisten. Dat zorgt dus voor enige vertraging.”

De JTAC’ers van het Korps Mariniers, hier op archiefbeeld, oefenden voor het eerst met de Nederlandse MQ-9 van 306 Squadron.

De weg naar operationele inzet

De OT&E beslaat in principe de rest van het jaar. In die periode test het luchtmacht-detachement het toestel, de radar, de camera’s en het grondstation verder. Daarnaast wordt natuurlijk ook alvast het operatieconcept in de praktijk getest, inclusief tactieken en procedures. Wanneer die OT&E is afgerond, is de eenheid zogenoemd inzetgereed (Initial Operational Capability, IOC).

306 Squadron zal uiteindelijk vanaf Vliegbasis Leeuwarden gaan opereren, al blijft er ook een detachement in de West voor het ondersteunen van het OT&E-programma. In de Defensienota is immers opgenomen dat nog eens vier Reapers versneld worden gekocht, waardoor het totale aantal op acht komt. Ook is de wens uitgesproken de toestellen te bewapenen.

Stof

De oefening Caribbean Pirates geeft zowel voor 306 Squadron als de mariniers voldoende stof tot nadenken. “Je merkt dat het een vrij nieuwe eenheid is, die nog weinig ervaring heeft met het leveren van steun van de grondtroepen (CAS, close air support)”, zegt kapitein der mariniers Rick. “Het is dus belangrijk dat we vaker met elkaar op de mat komen, maar we zijn goed van start gegaan.”

In de bol onderaan de voorkant van het vliegtuig zit een van de belangrijkste systemen, de EO/IR-camera (electro optical/infrarood). Deze zorgt dag en nacht voor zicht.Tekst Evert Brouwer
Foto sergeant-majoor Mike de Graaf

Share:

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *